2 febr. ’20

We leven in een natuurlijke en een geestelijke wereld. Hoe verhouden die zich tot elkaar? Ogen, die zien en kijken. Wat nemen we waar? Zien we alleen iets tastbaars of misschien ook een uitstraling. Wat stralen we zelf uit? Dat we de weg van liefde en vrede willen gaan? Dan word je gelukkig, aldus Jezus in zijn zaligsprekingen in de bergrede. Heel vaak is het niet de weg van de zogenaamde ‘lieve vrede’ en ‘zoete liefde’. Denk aan de levenstochten van King, Gandhi en Mandela. Ze werden ook als criminelen gezien. Maar zij werden gedreven door wat ieder mens nodig heeft: liefde en vrede. Dit in je zelf verinnerlijken straalt uit naar je medemens. Dan geef je jezelf. Liederen tillen ons wel eens boven ons zelf uit naar een verlangen dat blijft. In “Geef vrede, Heer, geef vrede” zingen we ook over ‘die onze mond leert spreken en onze handen leidt’. Deze intentie uitspreken/-zingen is inspirerend en verbindt onze geestelijke en natuurlijke wereld.