In de dienst van 28 november werd de 1e adventskaars aangestoken door Bram. Gelukkig waren er in de persco van 26 november geen verdergaande beperkende maatregelen voor kerkdiensten opgelegd, zodat we op de inmiddels bekende wijze de dienst konden houden.
Zondag 14 november 2021
In een sfeervolle en goed bezette dienst hebben we onze dierbaren herdacht die ons het voorbije jaar zijn ontvallen. Namen werden genoemd, familieleden ontstaken licht, er was ruimte voor verdriet en dankbaarheid. Er klonken gedichten van Jan Wolkers (Herinnering) en Rutger Kopland (Weggaan) en we lazen uit de tweede brief van Paulus aan de Korintiërs over vergankelijkheid, eeuwigheid en blijvend onderdak.
Franck Ploum sprak in zijn toespraak over het onderscheid tussen de fysieke dood die ieder mens ondergaat en de dood die er niet hoeft te zijn. Wanneer de bijbel zegt dat de dood niet meer zal zijn, dan doelt zij op het einde aan een leven dat geen leven is, aan kansloosheid om tot leven te komen. Mensen van het messiaanse visioen trekken elkaar weg bij die dood die er niet hoeft te zijn en bouwen met elkaar een andere samenleving op. Die samenleving wordt door Jezus ‘koninkrijk Gods’ genoemd. In die nieuwe wereld waar de zinloze dood niet meer is, gaan er nog steeds mensen fysiek dood, maar niemand wordt in zijn of haar verdriet alleen gelaten. Er zijn troostende handen, voeten die mee gaan op de weg van de rouw en er zijn schouders om op te leunen. En voor de dode is er blijvend onderdak in die eeuwigheid van licht en liefde.
Waar zijn onze doden,
hebt Gij hen nog gezien
die wij lieten gaan
in tranen van liefde?
Dat het waar moge zijn:
universum van liefde
groter dan ons denken
oneindig komen en gaan
en niets dat verloren gaat
en geen leven dat valt
dan in die ene hand van
licht en liefde en leven.
Zondag 31 oktober 2021
In deze dienst hoorden we maar liefst drie broodverhalen uit het evangelie van Marcus. Tot twee keer toe wordt er met velen gedeeld van het weinige dat er is. In het derde verhaal verwijt Jezus de leerlingen dat ze het nog steeds niet begrijpen en zich nog steeds druk maken om voldoende brood.
In deze verhalen wordt een visioen verbeeld, een droom van deze wereld anders en daar hoort ook een andere economie bij: de economie van het genoeg! Ons huidige economisch model, gebaseerd op neoliberaal gedachtengoed gaat alleen maar over snelle winst en constante groei. Maar hoe zit het met de lange termijn? Welk effect heeft ons economische groeimodel op de aarde, het klimaat, de verhoudingen tussen mensen? De economie van het genoeg heeft hier aandacht voor en dat komt alle mensen ten goede. Het voorbeeld wordt aangehaald van een emeritus-hoogleraar economie, die vertelde dat zijn vak vroeger een andere naam had: ‘huishoudkunde’ en dat ging over veel meer dan geld alleen. Dat ging over het welzijn van een huishouden en de belangen van ieder in een huishouden. De term economie gaat nu te vaak alleen maar over geld en kosten en baten. De evangelieverhalen willen ons terugbrengen naar de huishoudkunde: hoe komt ieder mens tot zijn en haar recht en hoe verdelen we het zo dat er brood is voor iedereen. Die vraag kunnen we onszelf stellen, maar speelt ook in groter verband. Neem bijvoorbeeld de EU: in hoeverre is dat nog een waardengemeenschap gedreven door idealen, een visioen van vrede voor heel het continent en al haar inwoners? Of gaat het ook hier alleen nog over economische feiten van winst en verlies?
Zondag 10 oktober 2021
Op 10 oktober werd in de dienst waarin Franck Ploum voorging, een muzikaal intermezzo verzorgd door de klarinetgroep “Kwartezz”. Na de viering werd een startprogramma gehouden in het kerkcentrum, waarbij we vooruitkeken en er suggesties werden gedaan betreffende de diensten, liederen en eventuele andere activiteiten binnen onze Vrijzinnige Gemeente.
Een uitgebreid verslag hierover treft u aan in de komende editie van ons gemeenteblad GastVrij.
Zondag 3 oktober 2021
Het thema “…met Anna sta je sterker…” roept vooraf al de vraag op: wie zou Anna zijn? Het blijkt om een afkorting te gaan van: altijd navragen, niet aannemen. Wij kunnen nogal vastzitten in onze overtuigingen, aan dat we denken te weten en aan ons bezit. Ons oordeel over elkaar is soms niet mals. In de actualiteit kunnen we blijven steken in de soms dreigende tweedeling van onze maatschappij, in gevaccineerden en niet-gevaccineerden. Kunnen we hierin verder komen? Delen we niet met elkaar dat we op zoek kunnen gaan naar de oorzaken van deze crisis? Welke keuzes maken wij over voedsel en dierenwelzijn? Staat bezit/economie vaak niet haaks op ecologie/theologie? Mattheüs 6 schrijft over ‘niet God dienen en de mammon’. Welke stemmen horen wij? Als wij bij ons zelf naar binnen gaan, horen we dan die innerlijke stem? Dat vraagt om moed om de weg te gaan van overgave en vertrouwen. Vertrouwen dat je je geen zorgen maakt voor de dag van morgen, want de dag van morgen zorgt wel voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen last.
Zondag 26 september 2021
Het wordt een bijzondere zondag. Denkend dat we van één gastvoorganger afscheid nemen blijkt er spontaan een tweede ‘afscheidnemer’ in de kerk te zitten. Herman Meijburg op de kansel en Eric Cossee in de kerkzaal. Beiden kennen elkaar nog van de Leidse universiteit en hebben wel eens met elkaar uitgewisseld de trap naar de preekstoel wel wat griezelig te vinden. Ook aan het einde van deze dienst is dat te zien. De één had in 2020 – toen een afspraak wegens corona niet doorging – al gemeld dat het 40 jaar geleden was dat hij voor het eerst naar Zierikzee kwam en bij de ander is er het sterke vermoeden niet ver van dit aantal af te zitten. Leeftijd, vitaliteit en gezondheid, op een zeker moment leiden die tot de beslissing met bepaalde activiteiten te stoppen. Rationeel helemaal te volgen. Gevoelsmatig is afscheid nemen lastiger. Loslaten doet vaak wel enige – en soms heel veel – pijn. Het grootste deel van die lange periode is Herman een verre gastvoorganger geweest, onze tegenvoeter in Nieuw-Zeeland en weer terug in Nederland de verst weg wonende gastvoorganger. De enige gastvoorganger, die wel eens een weekend komt logeren en ook de enige, die ons brieven schrijft. Over de hartverscheurende en ook persoonlijke gevolgen van de aardbevingen in Nieuw-Zeeland. En ook over het labyrint, aangelegd op het land bij het huis in Nieuw-Zeeland. In 2005 geeft Herman hierover een lezing. Kort door de bocht is het een prachtig symbool voor ieders levensweg. En voor Herman waarschijnlijk een bron van inspiratie in vele overdenkingen. Daarin is wel vaak een lijn te zien van dromen, tasten en zoeken. “Van mensen die dromend een stem verstaan, mensen veel geluk”. Zo hebben we het gezongen. Nu zeggen we: “Herman, die dromend een stem verstaat, Herman veel geluk”.
Voor Herman staat een product van ons eiland klaar en ….. nee, de bloemen zijn voor Eric Cossee met de woorden uit GastVrij: “Op de lijst van gastvoorgangers vervalt dr. Eric Cossee, die om gezondheidsredenen niet meer voorgaat. Je kwam 40 jaar lang trouw één tot meerdere keren per jaar naar Zierikzee en was zeer verknocht aan de Gasthuiskerk. Je straalde wijsheid en mildheid uit, in jouw (s)preken sprak je in een mooie stijl. Wij luisterden naar gedegen overdenkingen. En dat waarschijnlijk zo’n 60 à 70 keer”.
Beiden laten duidelijk merken aangeraakt te zijn door dit afscheid. En onderweg naar en bij de koffie is onder gemeenteleden hetzelfde merkbaar. Ineens zijn wij twee voorgangers kwijt die heel lang altijd trouw met hun boodschap naar ons toe kwamen. Misschien wel versterkt door de gedachten aan het beeld uit deze laatste dienst van de ouderwetse betonnen bushokjes. Mensen, die bij elkaar schuilen als het regent, die er even voor elkaar kunnen zijn, die er op adem kunnen komen. En zou dit laatste nu net niet één van de bedoelingen zijn van elke keer op zondag samenkomen?
Zondag 22 augustus
Met een dienst rond Psalm 145 sloot Franck in de dienst van 22 augustus de
vieringenserie rond de psalmen af. De verwondering en lofzang nemen tegen het einde van het boek Psalmen de overhand.
We lazen Psalm 145 in een vertaling van Huub Oosterhuis, waarin God barmhartig en vriend is.
Klik hier voor de volledige toespraak van Frank Ploum.
Zondag 25 juli
Als ergens het belang van ‘Vasthouden en loslaten’ blijkt dan is het wel in het leven met coronamaatregelen. Afstand houden terwijl het verlangen naar nabij zijn zo groot is. Vasthouden aan regels vergt dan loslaten van gewoontes. Vasthouden in het algemeen kent allerlei vaste rituelen, denk maar eens aan je zitplaats in de kerk, in een vergadering of in de huiskamer van een verpleeghuis. Hoe is ons vasthouden aan normen en waarden? Durven wij op te komen voor onrecht en wat doen we als we getuige zijn van discriminatie? Vasthouden en loslaten spelen door heel ons leven heen. Alsof ze elkaar opvolgen. Je kind laten gaan, je huis verlaten als je elders een nieuwe baan hebt, je partner laten gaan door scheiding of dood, je vitaliteit is er niet meer en uiteindelijk is ons eigen leven er niet meer. Loslaten kan veel pijn doen. Loslaten kan ook positief zijn als je bij de overgang van het ene naar het andere verbetering ervaart en andermans gevoel over jou loslaten kan bevrijdend zijn.
De Bijbel staat vol met verhalen over vasthouden en loslaten. Israël trekt weg uit de slavernij van Egypte, verlangt echter terug naar de vleespotten, maar moet wel door om verder te gaan. Daniël staat aan het hof van Babel pal voor de eetgewoontes, die bij zijn geloof horen. De discipelen laten los om Jezus te volgen. Sprekend zijn de woorden van Jezus aan het kruis tegen zijn moeder Maria en zijn discipel Johannes: “Vrouw, zie uw zoon”. Tegen Johannes: ”Zie uw moeder”. Tegelijk vasthouden en loslaten. Verantwoordelijkheid en liefde gaan hand-in-hand. Partners willen graag samen oud worden in één huis. Een natuurlijk verlangen. Totdat het niet meer gaat. Of tot een overlijden. Onder de paraplu van liefde gaat vasthouden over in loslaten.
Zondag 11 juli
De dienst stond in het teken van psalm 139, een bekende en door velen geliefde tekst. In de psalm zijn fundamentele vragen aan de orde: Wie ben ik ten diepste? Door wie of wat word ik gedragen? Deze diep menselijke vragen, die raken aan de basis van ons bestaan, zijn in een mensenleven met enige regelmaat aan de orde. De mate waarin we antwoord kunnen geven op de vragen is veelal verbonden met ons vroegste menszijn. De geborgenheid, het vertrouwen, de liefde die er was, of juist niet was, in onze eerste levensjaren werken een leven lang door. Om mens te worden hebben we anderen nodig. Bevestiging, liefde, aandacht zijn onmisbaar, zeker in de jongste levensfase, maar eigenlijk toch een leven lang. Mensen zijn nu eenmaal geen solitaire wezens, die geheel op zichzelf aangewezen hun leven kunnen inrichten en vormgeven, die alle levensvreugde uit zichzelf kunnen halen. Tegelijk zie je dat dit juist wel het adagium van onze tijd is.
Voor het bijbels verhaal gaat er aan die noodzakelijke intermenselijke bevestiging nog iets vooraf. Namelijk dat je je als mens gekend en gedragen, mag weten door God – Ik zal er Zijn. Er is ‘iemand’ (voor de psalmist is God altijd persoonlijk) die jouw leven draagt en die je ten diepste kent. Ja zelfs, nog voor je geboorte. Kunnen wij daar nog op vertrouwen? Bestaat God nog voor ons? Wie kijkt ziet dat er overal ‘god’ om ons heen is: de geldgod, de god van macht en kracht, de god van ik ben groter en de god van de schoonheid en de gezondheid zijn welig tierend om ons heen. Ze trekken aan ons: kom maar, offer aan mij, geef je leven aan mij, dan word je gelukkig, dan geef ik je fundament van bestaan.
Als er een God is, zegt het bijbels verhaal, dan zijn het niet deze, nee, dan is het die Ene: Ik zal er Zijn. Die mensen bevestigt in hun bestaan. Die mensen optilt uit de modder, die mensen fundament van bestaan geeft. Niet omdat ze presteren, hebben, uitblinken, maar omdat ze in al hun gebrokenheid zijn. En, zo zegt dat verhaal, die God vraagt er te zijn, voor elkaar en te dragen in liefde en solidariteit opdat niemand door het fundament van zijn of haar bestaan zakt. En ieder mens weet: ik mag er zijn, ik ben gewild, gekend.
Zondag 27 juni
Dhr Franck Ploum is in de dienst voorgegaan.
Zijn voordracht betrof Psalm 71 in de vertaling van Huub Oosterhuis.
In het gebed was de kernzin weergegeven; ‘grondvest u in ons’
De strekking door de psalmist verwoord in deze psalm, ‘ Ik zal er zijn’, God die mij leven doet d.m.v. ‘muziek en zang’ zo moge het zijn tot mijn dood. Wat heeft het de psalmist(ons) opgeleverd. Deze psalm is een opbeurend lied, wat na Corona ook voor ons helend kan werken. Ook voor ons is het een terugblik o.a. op deze corona periode net als voor de psalmist het een terugblik op zijn leven is. De Psalmist zit muurvast in teleurstelling en vraagt, neem me mee! Laat me ’t zien, wat is er mogelijk. Neem me mee naar een hoog nest, waar ik veilig ben, geef me perspectief.. ..even.
God gaat met je mee vanaf het moment van je geboorte. Het is een persoonlijk relaas wat de psalmist laat zien, wat echter voor ons een herkenning is, net als een personage in een film of goed boek, een collectief besef! Het gaat ook over mij! Je leven is gekend. Wat voegt de psalmist hier toe….je geeft richting aan je kinderen m.b.t de opvoeding, hoopt dat ze er wat mee doen. Hoe heb je het zelf gedaan? Wat is er over van wat je zelf belangrijk vond. T.a.v. Franck zelf, o.a. dat plaatsen die belangrijk waren voor hem zelf, waar hij had gestaan, een andere invulling hebben gekregen. Veel veranderd of wordt afgebroken, voor ons allemaal. Dat was ook vroeger al zo, het lijkt steeds sneller, elke tijd zoekt eigen oplossingen.
De psalmist houdt vast aan God, wel d.m.v vragen en aanklachten, ‘waar ben je , waar blijf je’
Ook wij herkennen dat, je eigen rugzak !? Wat we elkaar aandoen! Blijft de vraag voor ons; ‘God’, doen wij er nog iets mee?’ We zijn hier met elkaar, zitten hier…doen er dus iets mee. Het heeft nog betekenis. We vertellen het elkaar toch dat we God in ons midden zien en nodig hebben. Dat we rondom de oude verhalen weer nieuwe verhalen kunnen vertellen. Het verhelderend werkt. We laten ons niet ontmoedigen. Omdat we ergens weten dat het toch zin heeft, het ons tot rust brengt. ‘Ik zal nog proberen op te schrijven wat je tot de Unieke Enige God brengt’. (psalmist)
We willen ons laten voeden door ethiek en moraal, verantwoording voor elkaar. De vluchtelingen, de lhbtq gemeenschap, we zien de pijn van de verschillende groepen.. we kennen het verdriet. We blijven verbonden door het verhaal, we noemen het God. De toekomst van de wereld ligt ook bij ons, we kunnen ervoor kiezen recht te doen. Al is het maar voor 1 mens. Dan zul je zien, voelen en ervaren, ‘ik zal er zijn’ De ervaring van de psalmist geeft weer wanneer je goed doet, je de ervaring hebt van opgetild worden. De levenservaring met de gebrokenheid van het leven, toch zinvol is. Je ook dan van je eigen leven kunt zeggen, dit is het, het is goed zoals het is. Ook in de ogen van de Enige die mij vanaf de geboorte heeft opgetild en gedragen.
‘Ik zal nog eens een harp proberen, een viool bespelen, ik plooi mijn lippen voor een lied, en wat dan klinkt is mijn lied voor jou’ en daar moet je het mee doen en ik ook, zo moge het zijn.